Franchisenemers Albert Heijn winnen rechtszaak over afgeleide formule

22-01-2025

In een recente uitspraak hebben de franchisenemers van Albert Heijn een rechtszaak gewonnen. De zaak draaide om het nieuwe concept Maaltijd Thuis, waarmee Albert Heijn in 2022 verse maaltijden ging bezorgen die klanten alleen nog hoeven op te warmen. De rechtbank Noord-Holland oordeelde dat Albert Heijn instemming had moeten vragen aan de franchisenemers voordat het concept werd gelanceerd.

De zaak: instemmingsrecht bij afgeleide formules

De franchisenemers, vertegenwoordigd door de Vereniging Albert Heijn Franchisenemers (VAHFR), beschouwden Maaltijd Thuis als een "afgeleide formule". Volgens de franchisewet is het voor franchisegevers zoals Albert Heijn verplicht om eerst de instemming van franchisenemers te verkrijgen bij de introductie van een afgeleide formule, zeker als de formule mogelijk negatieve financiële gevolgen heeft voor de franchisenemers. De kern van het conflict was de zogenaamde "drempelwaarde" – een bedrag of formule die in de franchiseovereenkomst wordt gebruikt om vast te stellen of een wijziging in de formule de omzet van de franchisenemers boven een bepaalde drempelwaarde zou schaden. Als dat het geval is, moet de franchisegever eerst instemming verkrijgen. Albert Heijn en de franchisenemers konden echter geen overeenstemming bereiken over deze drempelwaarde, wat uiteindelijk leidde tot de rechtszaak.

Rechter oordeelt in het voordeel van de franchisenemers

De rechtbank heeft de vorderingen van de franchisenemers toegewezen. Dit betekent dat Albert Heijn nu wettelijk verplicht is om de instemming van de franchisenemers te vragen voordat het concept Maaltijd Thuis verder kan worden uitgerold.

De rechtbank stelde echter ook dat de franchisenemers zich niet altijd als ‘goede franchisenemers’ hadden gedragen door de zaak over de drempelwaarde te koppelen aan andere pijnpunten, zoals de compensatie voor omzetderving door de groei van AH online. De rechter bepaalde dat de franchisenemers eerst een inspanningsverplichting hadden om met Albert Heijn in gesprek te gaan over de drempelwaarde, zonder eerst andere kwesties op tafel te leggen.

Zinvol

Deze uitspraak toont aan dat de franchisegever de franchisenemers tijdig en transparant moet betrekken bij besluitvorming wanneer het besluit de franchisenemers kan raken. Over informatievoorziening, besluitvorming en de drempelwaarde(n) moeten goede afspraken worden gemaakt tussen de franchisegever en de franchisenemersvereniging. 

FNN is blij met deze uitspraak. Deze uitspraak zorgt voor een verduidelijking van de Wet Franchise, meer in het bijzonder de begrippen ‘afgeleide formule’ en ‘goed franchisegever en -nemerschap’. Op deze basis kan een overlegstructuur weer beter worden ingericht en overleg beter worden gevoerd. Franchisenemers kunnen bij deze onderwerpen niet gepasseerd worden, maar ze moeten zelf eerlijk overleg voeren.

Meer over de zaak en de gevolgen voor franchisenemers

De uitkomst van deze zaak is een belangrijke overwinning voor de franchisenemers van Albert Heijn. Het laat ook het belang zien om als franchisegever in dialoog te gaan met de franchisenemers om in ieder geval toekomstige geschillen te voorkomen.

De volledige uitspraak is via deze link in te zien.